Vluchtwegtechniek

Bij de keuze van vergrendelingen en toegangscontrole oplossingen moet goed worden gekeken naar vluchtmogelijkheden.  Als eigenaar of beheerder van een gebouw bent u verantwoordelijk voor het voorkomen van calamiteiten. Wat vluchtwegtechniek uitdagend maakt is dat inbraakbeveiliging en vluchtfuncties niet zondermeer verenigt kunnen worden. Op deze pagina kunt u alles lezen over vluchtwegtechniek.

De juiste keuze maken

Elocktron adviseert u graag over de beste oplossing. Wij zijn merkonafhankelijk en wij hebben veel ervaring in de toepassing van verschillende oplossingen. Hierdoor kunnen wij u compleet en objectief informeren zodat u of uw organisatie verzekerd is van de juiste keuze.

Bouwbesluit 2012

De Nederlandse NEN-EN normen en richtlijnen worden voorgeschreven in het bouwbesluit 2012. Onderstaande artikelen hebben betrekking op vluchtwegtechniek voor deuren.

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
Artikel 1.1 begripsbepalingen
Afdeling 6.6. vluchten bij brand, nieuwbouw en bestaande bouw
Artikel 6.22 Aansturingsartikel
Artikel 6.25 Deuren in vluchtroutes
Artikel 6.26 Zelfsluitende deuren
Afdeling 7.2 veilig vluchten bij brand, nieuwbouw en bestaande bouw
Artikel 7.11 Aansturingsartikel
Artikel 7.12 Deuren in vluchtroutes

Europese en Nederlandse normen

EN-normen zijn Europese normen en afspraken voor de markt. NEN-normen zijn van toepassing op de Nederlandse markt (NEN is de afkorting van NEderlandse Norm) De normen EN179 (nooduitgangen) en EN1125 (paniekuitgangen) worden als NEN-EN geïmplementeerde Europese normen aangemerkt. In de NEN-EN-normen met betrekking tot vluchtwegtechniek wordt beschreven aan welke eisen een vluchtdeur moet voldoen. Wanneer een norm als nieuwe norm is toegewezen in bijvoorbeeld het bouwbesluit is deze wettelijk verplicht. 

Verschil nooduitgang en paniekuitgang

Of een vluchtweg valt onder een nooduitgang of paniekuitgang is afhankelijk van de plaats en functie van de uitgang.

Vluchtdeuren worden aangemerkt als nooduitgangen als de aanname kan worden gedaan dat er geen paniek ontstaat bij calamiteiten. Nooduitgangen zijn daarom deuren in niet publiek toegankelijke delen van gebouwen en deuren in gebouwen waar geen grote groepen mensen samenkomen. Zoals flat- en appartementementgebouwen, technische ruimtes en kantoren. Gebruikers van het gebouw moeten bekend zijn met het gebouw en locaties van de nooduitgangen kennen. Nooduitgangen moeten worden voorzien van een complete oplossing die minimaal voldoet aan NEN-EN179.

Vluchtdeuren worden aangemerkt als paniekuitgangen wanneer de situatie afwijkt van de eerder genoemde kenmerken van nooduitgangen. Er is hierbij sprake van grote groepen mensen die onbekend zijn in het gebouw. Zoals bioscopen, theaters, winkels, scholen en ziekenhuizen. Een paniekscenario zal zich snel voltrekken omdat bij nood iedereen tegelijk naar buiten wil terwijl men onbekend is met de werking en de plaats van de vluchtdeuren.  Daarom moeten paniekdeuren worden voorzien van een horizontale paniekbalk. Een paniekbalk wordt aan de binnenzijde op de deur geplaatst en is met een lichte druk te openen. Paniekuitgangen moeten altijd zijn voorzien van een NEN-EN1125 oplossing.

NEN-EN179

Deze norm is van toepassing op vluchtdeuren die worden aangemerkt als nooduitgang. Dat betekend dus de vluchtdeuren in ruimten met een relatief klein aantal mensen die bekend zijn met het gebouw. Hierbij is het van belang dat de deur met één handeling kan worden geopend. Conform de norm moet de NEN-EN179 vluchtdeur bij de test aan de volgende eisen voldoen:

nooddeur moet worden voorzien van een paniekopener met push pad of een insteek antipaniekslot met dag- en nachtschoot en deurbeslag met deurkruk voorzien van terugligging aan de binnenzijde;
nooddeur is gecategoriseerd in één van de drie volgende deurgewichten: tot 100kg, tot 200kg of > 200kg;
de deurbreedte bedraagt 1100mm. Het testresultaat is geldig tot een deurbreedte van 1320mm;
de deurhoogte bedraagt 2100mm. Het testresultaat is geldig tot een deurhoogte van 2520mm.*

*Bij een zwaardere of hogere deur is een aanvullende test noodzakelijk.

Wanneer is een product conform NEN-EN 179:

- sluiting bediend door kruk of duwplaat (push pad);
- de belangrijkste eis is de openingskracht: deze ligt onder de 70N bij een nooduitgangsluiting met deurkruk en op maximaal 150N bij een nooduitgangsluiting met een duwplaat;
- functioneert van -10° tot +60°C;
- Ø deurkruk bedraagt minimaal 18mm;
- minimale lengte deurkruk bedraagt 120mm;
- de oppervlakte van een duwplaat of push pad bedraagt minimaal 1400mm2
- voorstand op deur maximaal 100 (deurkruk) of 150mm;
- het uiteinde van de deurkruk moet minimaal 40mm terugwijzen naar het deurblad om haken met kleding te voorkomen;
- na indrukken van de push pad bedraagt de afstand tussen deurblad en voorzijde push pad minimaal 25mm;
- na bediening van de deurkruk of push pad mag op geen enkele positie de afstand minder dan Ø10mm bedragen ter voorkoming van afklemmen van vingers;
- heeft antivandalisme test doorstaan; 1000N loodrecht en 500N evenwijdig op de deurkruk; 1000N loodrecht en evenwijdig op push pad en 500N op verticale stangen;
- heeft test ondergaan van 100.000 of 200.000 keer openen en sluiten;
- corrosiebestendig, 96 of 240 uur zoutneveltest;
- EN-nummer en classificatie op product;
- test door onafhankelijk instituut;
- CE markering


NEN-EN1125

Deze norm is van toepassing op vluchtdeuren die worden aangemerkt als paniekuitgang. Waarbij in een noodsituatie door grote groepen mensen gelijktijdig moet kunnen worden gevlucht. Zoals bij theaters, bioscopen en musea. Ook deze deuren moeten met één handeling kunnen worden geopend. Een paniekuitgang moet zijn voorzien van een horizontale duwstang of duwbalk met de volgende specificaties. De vluchtdeur moet bij de test minimaal aan onderstaande eisen voldoen.

- een vluchtdeur is gecategoriseerd in één van de drie volgende deurgewichten: tot 100kg, tot 200kg of > 200kg;
- de deurbreedte bedraagt 1100mm. Het testresultaat is geldig tot een deurbreedte van 1320mm;
- de deurhoogte bedraagt 2100mm. Het testresultaat is geldig tot een deurhoogte van 2520mm.*

* Bij een zwaardere, hogere of bredere deur is een aanvullende test noodzakelijk.

Wanneer is een product conform NEN-EN 1125

- antipaniekopener bediend door een horizontale balk of stang;
- balk of stang heeft een lengte van minimaal 60% van de deurbreedte;
- heeft test ondergaan van 100.000 of 200.000 keer openen en sluiten;
- functioneert van -10° tot +60°C;
- aandrukkracht voor bediening horizontale duwstang of duwbalk mag niet meer dan 8kg bedragen;
- met zijdelingse druk van 1000N te openen met een kracht van maximaal 22kg (220N);
- voorstand op deur maximaal 100 of 150mm;
- heeft antivandalisme test doorstaan; 1000N op de stang/balk en 500N op verticale stangen;
- na indrukken duwstang bedraagt de afstand tussen deurblad en achterzijde stang minimaal 25mm ter voorkoming van het afklemmen van vingers;
- na induwen stang mag op geen enkele positie de afstand tussen achterzijde stang en schootkasten minder dan Ø10mm bedragen ter voorkoming van afklemmen van vingers;
- verticale ashoogte duwstang bedraagt minimaal 18mm;
- hoogte bedieningsgedeelte duwbalk bedraagt minimaal 60% van totale hoogte inclusief behuizing met een minimum van 18mm;
- na indrukken paniekbalk bedraagt de afstand tussen deurblad en voorzijde duwbalk minimaal 25mm;
- verticale schoten functioneren onafhankelijk van elkaar om manipulatie van buitenaf te voorkomen;
- corrosiebestendig, 96 of 240 uur zoutneveltest;
- EN-nummer en classificatie op product;
- getest door onafhankelijk instituut;
- CE-markering


Ontwerpnormen

Sommige normen zijn wel gemaakt maar nog niet actief omdat commentaar van verschillende  landen nog moet worden verwerkt. Daarom staat er voor deze normen ‘pr’ van preliminary (voorafgaand). Dit is van toepassing op de pr-NEN 13637 (elektrisch gecontroleerde nooduitgang) en prNEN 13637 (elektrisch gecontroleerde paniekuitgang).

prNEN-EN13637

Deze pr (preliminary) is een nuttig uitgangspunt voor het toepassen van elektronisch gecontroleerde nooduitgangen. Een gecontroleerde vluchtweg heeft veel voordelen wanneer er meer controle op het gebruik van vluchtdeuren gewenst is. De functionaliteit van de vluchtweg kan bijvoorbeeld op afstand worden geregeld of worden aangestuurd door een brandmeldinstallatie, toegangscontrolesysteem of domoticasysteem.  Hierdoor vergroot de inbraakveiligheid en neemt de kans op ongeoorloofd gebruik van vluchtwegen af.  Ook  kan er bij grote groepen mensen meer controle worden uitgeoefend op verkeersstromen bij ontruiming van een gebouw of terrein. De plaatselijke overheid (brandweer) bepaald de regelgeving omtrent de toegepaste functies.  Een elektronisch gecontroleerde nooduitgang moet minimaal aan onderstaande eisen voldoen:

  • Ruststroom principe, spanningsloos ontgrendel
  • Zowel de binnen als buitenzijde zijn elektrisch gecontroleerd
  • Handbediening mogelijk door toepassing van een groene handmelder/bedienknop
  • Vergrendeling beschikt over signaleringscontacten (deurstand- en/of schootsignalering)
  • Opening onder zijdelingse druk

Onderstaande functionaliteiten moeten per project worden afgestemd. Wanneer het gebouwen betreft die onder toezicht van de brandweer vallen is nadrukkelijke toestemming van de brandweer nodig.

Bediening op afstand door middel van contact of sturing uit kleefmagneetvoeding/ GTV-voeding. (permanente spanning die bij stroomuitval uitschakelt zodat  vergrendelingen met ruststroomfunctionaliteit automatisch openen)

Het aanbrengen van noodstroomvoorzieningen UPS (Uninteruptable Power Supply) voor het aansturen van motorsloten welke spanning nodig hebben om te ontgrendelen is in de basis van deze normering niet toegestaan.  Dit terwijl een dergelijke oplossing mits goed aangebracht toch voldoende zekerheid kan bieden. Omdat de normering op dit vlak onvoldoende duidelijkheid biedt is ontstaan er een groot aantal vragen waarmee de lokale overheid wordt belast.

Voorbeelden van producten die men goed kan toepassen in een prNEN-EN13637 oplossing zijn kleefmagneten en solenoidsloten. Solenoidsloten worden ook wel spoelsloten of kruk-gestuurde sloten genoemd. Doordat het slot zo kan worden ingesteld /geleverd dat deze bij spanningsuitval vrijgeeft kan een veilige gecontroleerde vluchtweg worden gecreëerd.

Kleefmagneten vallen altijd af (laten los) bij spanningsuitval en kunnen worden voorzien van signaleringscontacten voor terugmelding. In combinatie met bijvoorbeeld een groene nooddrukknop kan een prima gecontroleerde oplossing worden gecreëerd. 

prNEN-EN13633

Deze pr (preliminary) norm voor paniekuitgangen heeft in de basis dezelfde uitgangspunten als de prNEN-EN13637 met als belangrijke aanvulling dat de tijds vertraagt openen niet is toegestaan. Zelfs in een situatie waarbij niemand aanwezig is in het gebouw mogen deuren niet elektronisch al dan niet met tijdvertraging worden aangestuurd. De paniekuitgang dient vanuit de vluchtrichting altijd onmiddellijk door middel van een paniekbalk te kunnen worden geopend.  De niet- paniekzijde of gecontroleerde zijde van een dergelijke deur kan worden voorzien van speciaal systeem wat toegangscontrole mogelijk maakt. Wij raden in de basis af om dergelijke systemen te gebruiken omdat deze niet geschikt zijn voor hoogfrequent gebruik.

Tegenstrijdigheden normen vluchtwegen en inbraakbeveiliging

Vluchtdeuren die zijn voorzien van een anti- paniekslot voor nooduitgangen of paniekuitgangen hebben vaak als nadeel dat de inbraakveiligheid in het gedrang komt. De branche heeft continu te maken met tegenstrijdigheden tussen SKG en NEN normeringen.  Producten op buitendeuren moeten voldoen aan SKG normering maar een vluchtweg moet ook voldoen aan de NEN-EN normering. Er zijn prima mogelijkheden om toch het gewenste inbraakwerendheidsniveau te bereiken in combinatie met een veilige vluchtweg. Hierbij zijn sommige producten tevens SKG gecertificeerd.